Werken in Denemarken

Thema’s > Werken in Denemarken

Denemarken, het beloofde land op het gebied van moderne arbeidsverhoudingen. Een lage werkloosheid, de allerhoogste participatie én een enorm bewegelijke arbeidsmarkt. Eén op de drie werknemers verandert jaarlijks van baan. Een utopie mogelijk gemaakt met een voor werkgevers hemels ontslagrecht en zeer hoge werkloosheidsuitkering.

Benoemingsrecht
Anders dan in Nederland kennen de Denen niet de zekerheid van een algemeen verbindende cao. Veel meer dan bij ons worden de arbeidsverhoudingen vormgegeven door werknemers en werkgevers, zonder directe bemoeienis van de staat. Samen vullen ze de cao per bedrijf en maken op die manier het arbeidsrecht. Die gezamenlijkheid zie je ook terug in de samenstelling van het ondernemingsbestuur. Als een bedrijf meer dan 35 werknemers heeft, heeft het personeel het recht om één derde van het management te benoemen. Weer eens wat anders dan een or met adviesrecht. Stelregel in Denemarken is dat de private partijen, de werkgevers en -nemers, er zonder staatsbemoeienis maar moeten uitkomen. De uitwassen die hierdoor mogelijk worden, zijn ondervangen doordat ‘kwetsbare’ groepen wel wettelijke bescherming krijgen. Het gaat dan om slecht georganiseerde groepen functionairs (kantoorpersoneel), hulpen in de huishouding, en (seizoen)arbeiders in de landbouw. Zij hebben namelijk te weinig onderhandelingsmacht om een evenwichtig resultaat uit te onderhandelen.

Ontslag, altijd en overal
Het Deense ontslagrecht geldt voor critici van de Nederlandse stroperigheid als lichtend voorbeeld. En inderdaad, zonder al te veel plichtplegingen kan de werknemer op straat worden gezet. Ontslagregulering volgens een lifo- of afspiegelingsbeginsel is onbekend. Pas bij een dienstverband langer dan twaalf jaar ontstaat recht op een ontslagvergoeding. Van één maand. Anders dan in Nederland wordt er niet vooraf geoordeeld over de rechtmatigheid van het ontslag. Die onderlinge cao’s waarin beide partijen het recht vastleggen, bevatten bijna altijd een afspraak dat ontslag grond moet vinden in de bedrijfseconomische realiteit of het gedrag van de betrokken werknemer. Mocht het ontslag onterecht zijn, dan kan een vergoeding van maximaal een jaar worden toegekend.
Werknemers kennen in Denemarken een opzegtermijn van een maand, ongeacht hoe lang ze ergens werkzaam zijn. Andersom geldt dat een werkgever soms wel een half jaar van tevoren moet opzeggen. Deze maximum termijn geldt voor het kantoorpersoneel dat negen trouwe dienstjaren heeft.

Opleidingsverplichting
De Deen belandt zonder ontslagbescherming of -vergoeding op straat. Hij krijgt dan wel een hoge werkloosheidsuitkering, in eerste instantie zelfs 90 procent van het laatstverdiende loon. Daarvoor moet hij wel wat doen. Enige drang bij het zoeken naar een dienstbetrekking is de Denen niet vreemd. Bij weigering volgt een korting op de uitkering en er bestaat een opleidingsverplichting als een gebrek aan kennis of vaardigheden de stap naar de volgende baan verhindert.
De riante uitkering en de vrijheid voor ontslag loopt wel via de overheid. Ze betalen het uit een forse WW-premie. Anders dan in Nederland, worden de maatschappelijke kosten rond de arbeidsverhoudingen door de overheid gedragen. Zo betaalt de werkgever het loon bij ziekte slechts twee weken door. In Nederland doen we dat twee jaar, en betalen voor de reïntegratie die daarop moet volgen.

Bron en copyright: Intermediair
Auteur: Arthur Hol
 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *